Het belang van multisport voor kinderen

Jong geleerd is oud gedaan: 5 redenen waarom multisport belangrijk is voor kinderen

Dit artikel is een oproep aan alle sportprofessionals over de eigen sportmuur heen te kijken en de samenwerking te zoeken met andere sporten. Waarom? Ik geloof dat multisport dé weg is naar een lang, actief en sportief leven. In dit artikel duid ik het belang van multisport voor kinderen. In het hierop volgende artikel benoem ik de kansen van een multisport benadering voor volwassenen.

Ze zijn er zeker nog: de jongens die op zesjarige leeftijd gaan voetballen, dit hun hele leven blijven doen en nooit een andere sport ervaren. En dat is fantastisch! Als ze echt hun hele leven blijven voetballen. Maar een deel van deze groep jongens vindt voetbal eigenlijk helemaal niet zo leuk. Of ze hebben minder talent voor deze sport dan hun vriendjes. Blijven ze dan wel ‘lid’ omdat het gezellig genoeg is met hun vrienden of stoppen ze op een gegeven moment? En wat gebeurt er als ze verhuizen, naar de middelbare school gaan en andere ‘geneugten’ van het leven ontdekken? Cijfers wijzen uit dat de sportparticipatie van kinderen na hun twaalfde leeftijd drastisch afneemt. Een tweede grote daling zien we rond het achttiende levensjaar. En daar moeten we wat aan doen!

Het belang van multisport voor kinderen: vijf redenen

Jong geleerd is oud gedaan. Investeren in sport en bewegen voor kinderen is een investering in de toekomst. Er zijn, wat mij betreft, vijf redenen waarom het belangrijk is te kiezen voor een multisport ontwikkeling voor kinderen.

1.      Een brede lichamelijke en motorische opvoeding

Als kinderen op jonge leeftijd (<6 jaar) niet goed leren bewegen, lopen ze de rest van hun leven achter de motorische feiten aan. En met bewegen heb ik het eigenlijk nog niet eens over sporten. De bewegingswetenschappers, dat ben ik niet, onderschrijven dit. Dat is de theoretische wetenschap. In de praktijk zie je echter dat iedere sport de kinderen op een zo jong mogelijke leeftijd al wil binnenhalen. Je kan ze maar beter binnen hebben, dan gaan ze minder snel naar de buren. Vanuit korte termijn gedachte begrijpelijk. Maar het beoefenen van één enkele sport op jonge leeftijd zorgt ervoor dat het kind heel eenzijdig leert bewegen. Zelfs als niet bewegingswetenschapper kan ik me er iets bij voorstellen dat het niet goed is voor een kind van jongs af alleen maar gebogen over een hockeystick over het veld te rennen. Gelukkig zien meerdere sportbonden dit tegenwoordig ook. Zo gaat Funkey van de KNHB niet alleen om hockeyen, heeft de gymnastiekunie het Nijntje Beweegdiploma geïntroduceerd en poppen de multisport concepten voor de jongste jeugd uit de grond. MonkeyMoves vind ik daarin een erg leuk initiatief. Ook NOC*NSF is een eigen concept voor deze jonkies aan het piloten: SportZ. Dat gaat dus goed!

“Eerst bewegen, dan sporten, dan specialiseren. Doe je dat niet, dan krijg je houterig bewegende kinderen, die steeds moeilijker mee kunnen komen in het bewegings- en sportonderwijs” Stichting Multiskills

2.      Een brede sociale ontwikkeling

Tweede reden waarom het belangrijk is voor kinderen een brede sportieve opleiding te genieten is de brede sociale ontwikkeling. Dan heb ik het niet meer per se over de allerkleinsten, voor hen is het vooral belangrijk in een vertrouwde omgeving, het liefst met vriendjes en vriendinnetjes te leren bewegen. Maar voor iets oudere kinderen is het heel goed om de verschillen in culturen en achterban van diverse sporten mee te krijgen. Hockey heeft nou eenmaal een andere cultuur dan de gemiddelde vechtsport. Allebei met hun eigen normen en waarden. Daar kunnen kinderen veel van leren.

“Kinderen die op jonge leeftijd verschillende sporten beoefenen ontwikkelen zich ook beter op de volgende aspecten: 1) life skills, 2) sociaal gedrag, 3) gezondheids-bewustzijn, 4) omgang met een diversiteit aan mensen en 5) sociaal kapitaal”. Marije T Elfrink Gemser (RUG)

3.      Focus op plezier in plaats van prestatie

Plezier in sport is een hot topic en terecht. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat kinderen die plezier hebben in hun sport succesvoller zijn dan kinderen die geen plezier hebben in hun sport. Als je dat combineert met het feit dat als kinderen meerdere sporten beoefenen per definitie de nadruk meer op plezier dan prestatie ligt, dan heb je een winnende combinatie. Meerdere sporten beoefenen, of het nu gelijktijdig of opeenvolgend is, houdt het leuk, afwisselend en spannend voor kinderen. Ze moeten niets, ze mogen vooral goed proeven en uitzoeken wat ze echt leuk vinden.

“Bij het beoefenen van meerdere sporten ligt ook vaak de nadruk meer op plezier dan op prestatie. Kinderen die door hun omgeving meer gestuurd worden op plezier hebben dan op prestatie zijn succesvoller dan kinderen waar dit andersom het geval is”. Marije T Elferink Gemser (RUG)

“Als een kind meerdere sporten doet, is het er bovendien ook minder snel op uitgekeken”. Jessica Gal (oud-judoka en fysiotherapeute)

4.      Betere topsportprestaties

Plezier is ook de sleutel tot betere topsportprestaties: de vierde reden waarom multisport voor kinderen goed en belangrijk is. Een multisportontwikkeling van kinderen is goed voor onze topsportprestaties om twee redenen:

  • Enerzijds omdat we meer talenten kunnen vinden. Misschien had die volleyballer, die nu ergens in de regionale subtop speelt, wel de nieuwe Krajicek kunnen zijn? Als hij vroeger ook in aanraking was gekomen met tennis…
  • Tweede argument heeft te maken met afhaken. Kinderen die al van jongs af aan dag in dag uit met dezelfde sport bezig zijn hebben een grotere kans op lichamelijke en mentale blessures. Als kinderen te snel te eenzijdig leren bewegen is het risico op blessures groter (zie ook reden #1). En als op te jonge leeftijd de focus op prestatie in plaats van plezier ligt bestaat het risico dat het kind mentale moeheid gaat vertonen (zie ook reden #3). En dat is zonde!

Binnen de topsport en talentontwikkeling wordt de multisportgedachte dan ook al steeds meer toegepast. Ajax is bijvoorbeeld actief aan de slag met de Multiskills methodiek waarin onder andere voetballers leren vallen door te leren judoën. Daarnaast zijn er mooie voorbeelden van topsporters die zo goed zijn in hun sport, juist omdat ze een multisport achtergrond hebben. Twee van mijn favoriete voorbeelden:

  • Zlatan wordt geroemd om zijn creativiteit en lenigheid. Dit heeft hij te danken aan zijn achtergrond in taekwondo.
  • Mark Cavendish geeft zelf aan dat hij denkt dat hij zo’n goede sprinter is omdat hij de sprint als een schaakspel ziet. Het schaken heeft hem geleerd altijd minimaal twee stappen vooruit te denken.

5.      Jong geleerd is oud gedaan: hoge sportparticipatie vasthouden

Het belangrijkste tegenargument van non-believers in multisport is: de sportparticipatie van kinderen is al hoog, waarom zouden we dat anders aan moeten pakken? Mijn antwoord is dan altijd: om die hockeystick naar beneden vanaf het 13de jaar te voorkomen. Hoe meer sporten je namelijk op jonge leeftijd probeert, hoe groter de kans dat je een sport vindt die je echt leuk vindt. Vaak hangt dit samen met aanleg voor een bepaalde sport, maar niet altijd! En hoe leuker je een sport vindt, hoe langer je deze blijft beoefenen. En dit is het uiteindelijke doel van een multisportontwikkeling van kinderen: investeren in een levenslang sportief leven.

“Iemand die ergens goed in is zal er langer mee doorgaan. Dus een slimme sportkeuze telt“. Kartijn Opstoel (HAN)

Oproep aan de sport: stap uit de eigen silo en verenig je

Er zijn een heleboel verschillende wegen die naar Rome leiden. In dit geval naar Multisport. Ik ben blij te zien dat er lokaal en in bepaalde landelijke hoeken stappen worden gezet. Zo heeft Sportservice Amsterdam in haar programma sportstimulering 4-12 jaar de stap van  de focus op sport naar de focus op multisport al gezet.

Maar willen we echt een doorbraak realiseren is hier wel meer voor nodig. Daarom mijn oproep aan het hele sportlandschap (georganiseerd, anders-georganiseerd, ongeorganiseerd én commercieel georganiseerd) eens goed na te denken over het fenomeen multisport zonder direct bang te zijn dat het jouw sport ‘leden’ gaat kosten. Vaker gehoorde argumenten zijn namelijk ‘Als ik mijn jeugd warm ga maken ook eens iets anders te proberen, dan ben ik ze kwijt’ (sportbond) of ‘Ik word afgerekend op hoeveel kinderen gaan judoën dus daar streef ik naar’ (combinatiefunctionaris). Tja, het kan gebeuren dat je door een multisport aanpak jeugd kwijtraakt maar misschien krijg jij er vanuit andere hoeken zelf ook kinderen bij. Kinderen die jouw sport echt heel leuk vinden en dit veel langer blijven beoefenen. Kinderen die misschien uitgroeien tot toppers waar jullie maar ook heel Nederland over een paar jaar trots op kan zijn.

Bijkomend voordeel, wat overigens niet iedereen zo zal ervaren maar ik wel: het dwingt iedere sport goed na te denken over waarom juist jouw sport zo leuk is voor kinderen. En de sporten die het de kinderen het meest naar hun zin maken zullen de winnaars zijn. Dat is marktwerking waar ik wel van hou.

Mijn hoofd zit boordevol multisport ideeën, niet vanuit de theorie van bewegingsleer maar vanuit wensen en behoeften van kinderen en hoe je deze op een leuke en goede manier kunt invullen. Vind je het leuk daar meer over te horen of een keer te sparren over hoe jij de multisport gedacht kunt toepassen; bel of mail, dan drinken we een keer een kop thee (06-53798153; margot@firmaleef.nl).